- de
- de1 [də]〈voorzetsel〉1 〈plaats van herkomst, uitgangspunt〉van ⇒ uit, vandaan, vanuit2 〈tijd〉van ⇒ tijdens, gedurende, lang3 〈oorzaak〉van(wege) ⇒ om, voor, door, uit, aan4 〈middel, instrument〉met ⇒ van5 〈wijze〉met ⇒ op, uit, volgens6 〈maat〉van ⇒ met7 〈bezit, schepping, het toebehoren〉van ⇒ tot8 〈eigenschap, soort〉van 〈vaak onvertaald〉9 〈materiaal; meestal onvertaald〉10 〈inhoud, hoeveelheid; meestal onvertaald〉♦voorbeelden:1 vins de France • Franse wijnende vous à moi • onder ons (gezegd)de mal en pis • van kwaad tot erger2 de bonne heure • vroegde nos jours • tegenwoordigde nuit • 's nachtsde … à … • van … totde … en • van … tot, naar3 être atteint d'une maladie • aan een ziekte lijdenfaire qc. de soi-même • iets uit zichzelf doen4 montrer du doigt • met de vinger wijzenjouer du piano • piano spelenvivre de sa plume • van zijn pen levencoup de poing • vuistslag5 de cette manière, façon • op deze wijzede mémoire • uit het blote hoofdde son mieux • zo goed hij kon6 âgé de seize ans • zestien jaar oudavancer d'un pas • een stap vooruit doenavoir deux mètres de long • twee meter lang zijn7 il est de mes amis • hij behoort tot mijn vrienden8 robe de bal • baljurk9 robe de soie • zijden jurk10 beaucoup d'argent • veel geldpaquet de cigarettes • pakje sigaretten¶ le ciel est d'un bleu! • de hemel is zó blauw!être aimé de sa femme • bemind worden door zijn vrouwquelque chose de beau • iets mooistrois jours de libre • drie dagen vrijquoi de neuf? • wat voor nieuws is er?le mieux est d'en rire • je kunt er maar beter om lachenet les enfants de sauter • en de kinderen maar springen〈informeel〉 et de deux • en dat is twee————————de2 [də]〈lidwoord〉1 〈meestal onvertaald〉♦voorbeelden:1 c'est de la folie • het is waanzindu pain • broodprép1) van, uit, vanuit2) tijdens, gedurende3) vanwege, om, voor, door [oorzaak]4) met, van [middel]5) op, uit, volgens [wijze]6) van, met [maat]7) tot [bezit]
Dictionnaire français-néerlandais. 2013.